Een kaarsknaap voor museumhuis Bonck

De voorgevel van museumhuis Bonck te Hoorn, foto: Hendrick de keijser
De voorgevel van museumhuis Bonck te Hoorn, foto: Hendrick de keijser

In mei kreeg ik een leuke puzzelopdracht van vereniging Hendrick de Keijser. Voor de inrichting van museumhuis Bonck in Hoorn is mij gevraagd een kaarsknaap te reconstrueren. Ik wist niet zeker wat een kaarsknaap was, dus mijn interesse was gewekt.

 

Vereniging Hendrick de Keyser zet zich in voor het behoud van architectonisch of historisch belangrijke gebouwen en hun interieur. De Vereniging doet dit door panden te verwerven, en ze vervolgens te restaureren en te verhuren. Eenmaal verworven panden worden nooit meer afgestaan.

 

Gebouwen die door 'Hendrick de Keyser' onder de hoede worden genomen, voldoen aan strenge eisen. Het moeten sprekende voorbeelden zijn van de architectuur of de wooncultuur van een bepaalde periode. De geschiedenis moet niet alleen van buiten afleesbaar zijn, maar ook van binnen. Veel aandacht gaat daarom uit naar de bouwhistorische constructies en de kwaliteit van het interieur.

 

In het 100-jarig jubileum jaar heeft de vereniging aangekondigd om 35 van hun meest bijzondere huizen open te stellen voor het publiek. kijk op de website www.museumhuizen.nl voor een overzicht van alle museumhuizen in Nederland.

 

Vrouw naaiend bij kaarslicht, 1650-1655, navolger van Ludolph de Jongh, doek 72.5 x 59.7 cm, Veiling Christie's Londen, 12 juli 1985, nr 141.
Vrouw naaiend bij kaarslicht, 1650-1655, navolger van Ludolph de Jongh, doek 72.5 x 59.7 cm, Veiling Christie's Londen, 12 juli 1985, nr 141.

Deze  afbeelding van het schilderij: "Naaister bij kaarslicht kreeg ik van de opdrachtgever als uitgangspunt voor de kaarsknaap. In standaardwerk "Het Nederlands interieur in beeld 1600-1900 (W. Fock.  2001 ) werd de kaarsknaap omschreven als een soort kandelaar, waar aan een staande stok de kaarshouder in hoogte versteld kan worden. Het idee is dat je hiermee het licht goed op je werk kunt laten vallen. De kandelaar staat in een zware voet met het oog op de brandveiligheid. 

 

Het interieur van huis Bonck en het schilderij van de naaister dateren van omstreeks het midden van de 17de eeuw. De relevantie van de kaarsknaap  in het interieur is daarmee op zijn plaats. Wat rest is het natuurgetrouw reconstrueren en een redelijke inschatting maken van , het formaat, materiaal en aanblik van het object.

 

Kenmerkend voor draaiwerk in de 17de eeuw is de stapeling van elementen die steeds gescheiden worden met één of meer bandjes. De stapeling is goed te zien in het schilderij dus ik heb de afbeelding in een technisch tekenprogramma geladen, de kaarsknaap rechtop gezet en in het juiste perspectief de vorm geconstrueerd.

Met het construeren van de vorm had ik de verhoudingen gevat maar nog niet het formaat.  Door de lengte van de kaarsknaap te relateren aan de hoogte van de tafel op de achtergrond, kon ik het werkelijke formaat van de kandelaar inschatten. Veilinggegevens gaven 80 cm als gemiddelde hoogte van een dergelijke tafel, hiermee kwam de uiteindelijke hoogte tussen de  173-175 cm.

 

In de collectie van het Rotterdam museum heb ik nog een (weliswaar 19de eeuws) voorbeeld gevonden waar duidelijk te zien is hoe de verstelbare kaarshouder  met een wig op zijn plaats gehouden wordt. 

 

Met de digitale tekening was het maken van een mal een koud kunstje. De mal maakte het draaiwerk eenvoudiger en verzekerde dat ik de maten van de vormenstapeling goed kon uitzetten en controleren. De overige onderdelen zijn met de hand geschaafd om het juiste oppervlak te verkrijgen . Het geheel is chemisch gebeitst en in de was gezet.  Als kaarsenhouder heb ik een tinnen blakertje aangepast dat goed leek te passen in het geheel. Het Resultaat is te zien in museumhuis Bonck vanaf  24 juni